Om een certificering voor een gestructureerd bekabelingssysteem af te kunnen geven, moet er een netwerkmeting verricht worden. Er worden door drie instanties normen opgesteld: de Amerikaanse TIA / EIA, de wereldwijde ISO / IEC en de Europese EN. Deze afspraken zijn voor zowel de fabrikant, als de installateur en monteur van toepassing zijn. Het is eigenlijk heel simpel.
Welke norm u moet hanteren, met bijbehorende testen of gespecificeerde testwaarden, hangt af van het type gestructureerde bekabelingssysteem dat de klant heeft gekozen of u heeft aanbevolen. De testen worden dus gedaan om te controleren of er wordt opgeleverd volgens de eisen van norm. Dit om vervolgens een netwerkgarantie te kunnen geven aan uw klant. En dat wilt u natuurlijk doen. Welke testen er zijn en waar u rekening mee moet houden, leest u in dit blog.
Wire Map
U wilt 'end-to-end' connectiviteit realiseren, de belangrijkste eis voor een werkende transmissie. De Wire Map-test controleert of de aansluitingen van een kabel op de juiste manier zijn (af)gemonteerd. Mocht dit al niet het geval zijn, dan kunt u direct stoppen met testen om het éérst op de goede manier te monteren.
Voor het monteren houden we in Europa over het algemeen kleurschema B aan. In Amerika wordt er vooral schema A gehanteerd. Ezelsbruggetje: A(merika). Dit is eigenlijk een ongeschreven regel. Toch werken vrijwel alle modules volgens beide kleurschema's. Maar zo kan het voorkomen dat een monteur de kabel volgens kleurschema B op het paneel monteert, en een andere monteur volgens schema A de kabel afmonteert op de keystone. Deze en andere veelgemaakte fouten ziet u terug in onderstaande afbeeldingen*.
In bovenstaande afbeelding ziet u een juiste montage volgens kleurschema B.
In bovenstaande afbeelding ziet u een gesplits aderpaar. Hoewel de kabels de juiste begin en eindpositie hebben, ziet u dat de groene en oranje aderparen gesplitst zijn en met elkaar verdraaid. Omdat deze frequenties niet met elkaar overeenkomen, zal de transmissie onsuccesvol zijn.
Op de bovenstaande afbeelding is een omgedraaid paar te zien. Hierbij zijn de groene aders omgewisseld terwijl de rest van de aders via schema B zijn gemonteerd. Ook hier zal er geen juiste werking van de kabel zijn.
Op de bovenstaande afbeelding is een gekruist paar te zien, waarbij het afmonteren via kleurschema A gedaan is. Daar is in principe niks mis mee. Maar als er bij het begin van de verbinding kleurschema B is gebruikt, wat dus bijna altijd binnen Europa gebeurt, zal er in de meeste gevallen geen werkende netwerkverbinding ontstaan. Kies dus consequent voor óf A-Wiring óf B-Wiring en gebruik deze NOOIT door elkaar.
*De aderparen steken uit voor een duidelijk beeld. Natuurlijk moet er bij het afmonteren strak langs de kant afgeknipt worden, zodat de keystone goed past.
Kabellengte
Het doel van de test is om de doorlooptijd te meten en aan de hand van deze gegevens de lengte voor de kabel(s) te bepalen. Een lengtemeting moet ook ten allen tijden uitgevoerd worden. Dit is een belangrijke test, aangezien elke verbinding een lengte moet hebben die vastgelegd is. Hierbij wordt een maximum gehanteerd van 90, 94, of 100 meter, afhankelijk van de gehanteerde standaard.
De electrische lengtemeting wordt gebruikt om de lengte van een verbinding te schatten. Maar een exacte doorlooptijd is natuurlijk praktischer. Deze wordt bepaald door de tijdsinterval te meten gedurende het zenden van een 'puls' en het ontvangen van de gereflecteerde puls. De uitkomst hiervan wordt eerst gehalveerd en daarna vermenigvuldigd met de lichtsnelheid (0,3 meter per nanoseconde). Tenslotte wordt deze tussenuitkomst vermenigvuldigd met de Nominal Velocity of Propagation* (NVP) waarde van de gebruikte kabel. En voilà, daar is uw uitkomst!
*Let op: bij een link die moet voldoen aan de TIA/EIA standaard, wordt bij het beoordelen uitgegaan van het aderpaar met de snelste doorlooptijd.
Propagation delay
Deze test wil net als de bovenstaande de doorlooptijd meten om de lengte te kunnen bepalen. Alleen worden hierbij álle aderparen gemeten. Bij het meten is de NVP waarde van groot belang, deze waarde toont namelijk de gemiddelde snelheid van de doorlooptijd. Als deze verkeerd is, wat door allerlei omstandigheden kan zijn, zullen de metingen onbetrouwbaar zijn en kunnen er problemen ontstaan.
Delay skew
Deze test richt zich op de verschillen tussen het snelste en de langzaamste aderpaar. Hoe werkt dit? Data wordt vanuit de zender als het ware in 'pakketjes' verdeeld en over de vier paren tegelijkertijd verstuurd. Als deze eenmaal is aangekomen bij de ontvanger zorgen deze pakketjes er voor dat de datastroom nagebootst wordt. Echter is het hierbij van belang dat de bits met ongeveer dezelfde snelheid worden verzonden, zodat deze in de juiste volgorde (die tijdens het zenden is bepaald) aankomen.
Test- en meetapparatuur
Benieuwd welke testapparatuur u moet gebruiken voor uw netwerkmeting? Wij zijn erg te spreken over de LanTEK 3 van IDEAL Networks. Maak gauw kennis! Ook kunt u samen met Redlink er voor zorgen dat u altijd 25 jaar systeemgarantie kunt bieden aan uw klant.
Dit artikel is het eerste onderdeel van een drieluik. In het tweede deel leest u over de verschillende soorten crosstalk en wat u hiertegen kunt doen. Binnekort verschijnt het derde deel met meer informatie over ACR en PSACR.
Bron: Fluke Nederland
