Close menu Menu

Wat is de status van de CPR en NEN 8012?

Zoals men inmiddels weet, moeten alle netwerk- en communicatiekabels bestemd voor permanente installatie in gebouwen – in overeenstemming met de Europese Construction Products Regulation (CPR) – tegenwoordig volgens de nieuwe EN-normen getest en geclassificeerd zijn.

De officiële datum is al een keer verzet, maar zoals het er nu naar uitziet, zal het na 1 juli 2017 ook echt per wet verplicht worden. Vanaf dan mogen alleen kabels met gecertificeerde brandnormen gebruikt worden op de Europese markt. Een ingrijpende, maar tegelijkertijd ook veelbelovende ontwikkeling. De verplichte wetgeving zorgt er namelijk voor dat iedereen in de keten zich meer bewust wordt van kwaliteit en professionalisme. En dat kan de branche eigenlijk alleen maar ten goede komen. Eén geluk hebben de professionals al, de kabels met functiebehoud voldoen reeds aan alle eisen en hebben dus niets te lijden onder de verordening. 

Veiligheidsdoelstellingen in geval van brand zijn in veel Europese landen duidelijk omschreven: de verspreiding van vuur en rook moet worden voorkomen en het moet daarnaast ook mogelijk zijn om mens en dier te redden. Daardoor is het gebruik van “gemakkelijk ontvlambare” bouwproducten – als principekwestie – verboden in alle typen gebouwen.

  • Zuurgraad
  • Rookontwikkeling
  • Vallende deeltjes

Rook vertegenwoordigt het grootste risico in geval van brand. De meeste mensen die zijn omgekomen in een brandongeluk zijn overleden aan een rookvergiftiging. Dus een logische conclusie is: hoe minder rook gegenereerd wordt, hoe hoger de kans op redding. Dit is de reden waarom moderne kabels zijn ontworpen om rookproductie zo veel mogelijk te minimaliseren. Door het verminderen van corrosiviteit (zuurgraad) van de rookgassen tot een minimumhoeveelheid –bijvoorbeeld in halogeenvrije kabels – wordt brandschade en uitvaltijd na een brand aanzienlijk verminderd. Een ander belangrijk aspect is het produceren van zo weinig mogelijk brandende druppels, waardoor brandverspreiding in horizontale kabelsystemen wordt verminderd.

De Europese Construction Products Regulation

De nieuwe Europese Construction Products Regulation is sinds juli 2013 van kracht. Voor de eerste keer op Europees niveau bepaalt deze verordening dat kabels en lijnen – dus ook alle datakabels – conform de regels met betrekking tot brandveiligheid op de markt moeten worden gebracht. De vereisten om het gebruik in juiste banen te leiden, moeten op nationaal niveau door iedere lidstaat worden gereguleerd.

Het brandgedrag van bekabeling

Brandbeveiliging

Standaard geïnstalleerde kabels in gebouwen hebben op z’n minst een zelfontbrandingstest doorstaan. In de taal van de nieuwe Europese bouwproducten brandclassificatie zouden deze kabels “aanvaardbaar brandgedrag” vertonen, wat in overeenstemming met Klasse Eca zou zijn. 

Voor het eerst kunnen kabels vergelijkbaar met andere bouwmaterialen worden geclassificeerd. Dat staat in de EN 13501-6 “Fire classification of construction products and building elements, deel 6: Classification using data from reaction to fire tests on electric cables”. Moderne bekabeling is echter tot veel meer in staat, deze laten namelijk aanzienlijk minder brandverspreiding zien in de bundel-brandproef.

Waar moet ik rekening mee houden?

De brandclassificatie-tabel van de nieuwe Construction Products Regulation bevat zeven hoofdklassen van A t/m F. Deze zijn toegewezen op basis van de warmtegeneratie- en brandverspreidingscriteria. 

Euro KlasseTest ProcedureClassificatie CriteriaAanvullende vereisten
Aca EN ISO 1716 PCS ≤ 2.0 MJ/kg  
B1ca EN 50399 (30 kW burner)
THR 1200s ≤ 10MJ and
FIGRA ≤ 120 Ws-1
FS ≤ 1.75 m and
Flaming droplets / particles
Peak HRR ≤ 20 kW and
Smoke production
and acidity
EN 60332-1-2 H ≤ 425 mm
B2ca EN 50399 (20.5 kW burner)
THR1200s ≤ 15 MJ and
FIGRA ≤ 150 Ws-1
FS ≤ 1.5 m and
Flaming droplets / particles
Peak HRR ≤ 30 kW and
Smoke production
and acidity
EN 60332-1-2
H ≤ 425 mm
Cca EN 50399 (20.5 kW burner)
THR1200s ≤ 30 MJ and
FIGRA ≤ 300 Ws-1
FS ≤ 2.0 m and
Flaming droplets / particles
Peak HRR ≤ 60 kW and
Smoke production
and acidity
EN 60332-1-2 H ≤ 425 mm
Dca EN 50399 (20.5 kW burner)
THR1200s ≤ 70 MJ and
FIGRA ≤ 1300 Ws-1
Flaming droplets / particles
Peak HRR ≤ 400 kW and
Smoke production
and acidity
EN 60332-1-2
H ≤ 425 mm
Eca EN 60332-1-2
H ≤ 425 mm
 
Fca Does not fulfil Euro Class Eca    

 

Een verdere indeling van brandgedrag is gemaakt voor de aanvullende eisen van de rook-productie (s), brandende druppels of deeltjes (d) en zuurgraad van verbrandingsgassen (a). (zie tabel 2)

Brandgevaar - SmokeGetest volgens EN 50399
Geclassificeerd volgens EN 13501-6
Top SPR
Maximale waarde rook
Transmissie factor
Getest volgens EN 61034-2
TSP1200s
Totale rook productie
S1 ≤ 0.25 m2/s   ≤ 50 m2
S1a ≤ 0.25 m2/s ≥ 80% ≤50 m2
S1b ≤ 0.25 m2/s ≥ 60% < 80% ≤ 50 m2
S2 ≤ 1.5 m2/s   ≤ 400 m2
S3 Geen S1 en S2    

 

Brandgevaar - DruppelsGetest volgens EN 50399
Geclassificeerd volgens EN 13501-6
Top SPR
Maximale waarde rook
Transmissie factor
Getest volgens EN 61034-2
TSP1200s
Totale rook productie
S1 ≤ 0.25 m2/s   ≤ 50 m2
S1a ≤ 0.25 m2/s ≥ 80% ≤50 m2
S1b ≤ 0.25 m2/s ≥ 60% < 80% ≤ 50 m2
S2 ≤ 1.5 m2/s   ≤ 400 m2
S3 Geen S1 en S2    

 

Brandgevaar - StoffenGetest volgens EN 50399
Geclassificeerd volgens EN 13501-6
Top SPR
Maximale waarde rook
Transmissie factor
Getest volgens EN 61034-2
TSP1200s
Totale rook productie
S1 ≤ 0.25 m2/s   ≤ 50 m2
S1a ≤ 0.25 m2/s ≥ 80% ≤50 m2
S1b ≤ 0.25 m2/s ≥ 60% < 80% ≤ 50 m2
S2 ≤ 1.5 m2/s   ≤ 400 m2
S3 Geen S1 en S2    

 
Sinds juli 2016 zijn de vereiste normen voor de classificatie voor brandgedrag officieel van toepassing geweest en zijn Europese test-laboratoria geaccrediteerd om kabels te testen, wat resulteert in het toewijzen van de nieuwe Europese klassen. In de overgangsfase tot 1 juli 2017 kunnen zowel kabels met een prestatieverklaring (DoP) als kabels die voldoen aan de huidige brand-eisen op de markt worden gebracht. Vanaf ingangsdatum 1 juli 2017 kunnen alleen kabels getest en gecertificeerd volgens de nieuwe normen op de markt worden gebracht. 

Classificatietabel CPR

Nieuwe nationale toepassingsnormen

De selectie en het gebruik van geclassificeerde kabels zouden eigenlijk moeten worden opgenomen in nationale brandveiligheids-voorschriften en moeten worden aangepast aan het nationale veiligheidsniveau. Maar aan de andere kant, nu wordt er wel rekening gehouden met het hele gebouw, in plaats van alleen de vluchtroutes. De risico’s worden daarnaast vastgesteld volgens het type en gebruik van het gebouw. Deze zijn in essentie als volgt:

  • Lage bezetting en moeilijke evacuatie (bijv. hoge gebouwen)
  • Hoge bezetting en eenvoudige evacuatie (bijv. theaters, bioscopen)
  • Hoge bezetting en moeilijk evacuatie (bijv. hotels, ziekenhuizen)

Momenteel zijn de eisen met betrekking tot het gebruik van kabels in de lidstaten erg verschillend. Het is daarom niet verwonderlijk dat suggesties voor de keuze voor primaire en secundaire classificaties sterk uiteen liggen.

De Internationale standaard IEC 60364-4-42 specificeert kabels die niet brandverspreidend zijn voor vluchtroutes in gebouwen met speciale brandrisico’s, alsook voor panden met onvervangbare goederen (zoals musea, stations, datacentra’s). Daarnaast beveelt deze standaard halogeenvrije kabels met minimale rookproductie (lees: met verbeterde brandveiligheidskenmerken) voor panden of plaatsen waarin onvervangbare culturele goederen aanwezig zijn.

Brandclassificatie bekabeling

Wat nu te doen?

Vanwege de gedecentraliseerde verantwoordelijkheid om de regels na te leven, is het nog steeds niet duidelijk wat wie nu precies moet doen. De meeste Nederlandse fabrikanten zeggen dat per 1 juli 2017 geen enkel product meer toegepast mag worden dat niet voldoet aan de nieuwe regelgeving. Terwijl veel andere Europese fabrikanten de wet wat minder nauw nemen en zeggen dat fabrikanten per 1 juli 2017 enkel moeten stoppen met de productie ervan.

Het is dus nog steeds niet op een briefje te geven wat er precies gaat gebeuren. Daarom is het raadzaam voor eigenaars, planners en installateurs om voor de bouw contact op te nemen met de autoriteiten die verantwoordelijk zijn voor de brandveiligheid, om erachter te komen wat de situatie met betrekking tot de nationale brandveiligheidsclassificatie van kabels is. Voor zover geen verplichte brandclassificaties zijn vastgesteld, is het aan de overheid om aan te geven wanneer er een besluit wordt genomen en om duidelijkheid te geven in hoeverre men de kabels die momenteel beschikbaar zijn op de markt kan blijven gebruiken in toekomstige planning en installaties. Zodra er meer bekend is, houden we jullie op de hoogte met het laatste nieuws en tips over de NEN 8012.

Wat betekent dit voor fabrikanten?

  • Periodieke controles
  • Declaration of Performance (DoP)
  • CE-markering
  • Brandproeven voor juiste classificatie

Vanaf 1 juli 2017 zullen fabrikanten en importeurs verplicht zijn te voldoen aan de verordening met een Declaration of Performance (DoP) en CE-markering. Deze CE-markering is zichtbaar op de het label van de verpakking.

Wat betekent dit voor distribiteurs/groothandels?

  • Dat zij erop toe moeten zien dat alle kabelproducten die worden verkocht, zijn voorzien van de juiste productinformatie.

Bij Redlink zullen we er dus ook voor zorgen dat alle informatie goed op orde is en dat we alle producten voorzien van een CE-markering en een DoP-verklaring. Het zal een langlopend proces worden om alles op de correcte manier te verwerken, maar we zijn blij dat deze regelgeving realiteit wordt. We staan namelijk voor kwaliteit en willen ook in de gelegenheid zijn om er garant voor te staan. Met de CE-marketing en DoP documentatie geven we helder inzicht in de kwaliteit van onze producten.

Wat betekent dit voor installateurs?

  • Nastreven eisen regelgeving
  • Verantwoordelijkheid voor kabelkeuze

Wat te doen met huidige kabels?

Wat betreft de universele datakabels is er waarschijnlijk weinig nodig om te voldoen aan de nieuwe classificatie-eisen – wat ervoor zorgt dat de nieuwe verordening bij klanten eenvoudig te implementeren is. Ik hoor u denken, hoe zit het dan met de huidige kabels? Veel data kabels van “hogere” kwaliteit voldoen al aan de gevraagde eisen en classificatie, bijvoorbeeld minimaal de Eca classificatie.

Niet-CPR-geclassificeerde kabels die vóór 1 juli 2017 in de handel zijn gebracht, mogen op het moment nog worden toegepast in bestaande installaties. Dit heeft te maken dat de toen geldende regels nog van toepassing zijn (bouwbesluit voor 10-06-2016). Ná 1 juli 2017 mogen niet-CPR-geclassificeerde kabels niet meer worden geproduceerd, maar wel verhandeld voor bestaande projecten die onder het oude bouwbesluit vallen.

Wat te doen als de bouw in een overgangsfase zit? Vanaf 10 juni 2016 vind er een overgangsfase plaats, waar vanaf 1 juli 2017 de toepassing van CPR verplicht wordt. Deze situatie roept veel op over de huidige stand van zaken met betrekking tot kabels. Vanaf 10 juni 2016 is er een overgangsfase, waar vanaf 1 juli 2017 de toepassing van CPR verplicht wordt. Deze situatie roept veel op over de huidige stand van zaken met betrekking tot kabels.

Bouwvergunning verstrekt vóór overgangsperiode
Uitvoering in overgangsperiode (10 juni 2016 t/m 1 juli 2017): 
  • Toepassing geclassificeerde en niet-geclassificeerde kabels toegestaan 
Uitvoering na 1 juli 2017
  • Toepassing geclassificeerde en niet-geclassificeerde kabels toegestaan. Echter mogen fabrikanten na 1 juli 2017 alleen CPR-geclassificeerde kabels in de markt brengen en niet-geclassificeerd worden hoogstens op de markt aangeboden.
Bouwvergunning verstrekt in overgangsperiode
Uitvoering in overgangsperiode (10 juni 2016 t/m 1 juli 2017)
  • Toepassing geclassificeerde en niet-geclassificeerde kabels toegestaan 
Uitvoering na 1 juli 2017 (einde overgangsperiode)
  • De op moment van afgifte bouwvergunning geldende NEN 1010 van kracht. NEN 1010 + C1 verwijst voor brandgedrag naar de NEN 8012. Dus de installateur die werkt onder deze verordening heeft de verplichting kabels te gebruiken die voldoen aan de NEN 8012, dat wil zeggen: CPR-geclassificeerde kabels zijn verplicht. Alleen CPR-geclassificeerde kabels mogen worden verhandeld.
Bouwvergunning verstrekt ná 1 juli 2017
Uitvoering na 1 juli 2017 (einde overgangsperiode)
  • De op moment van afgifte bouwvergunning geldende NEN 1010 van kracht. NEN 1010 + C1 verwijst voor brandgedrag naar de NEN 8012. Dus de installateur die werkt onder deze verordening heeft de verplichting kabels te gebruiken die voldoen aan de NEN 8012, dat wil zeggen: CPR-geclassificeerde kabels zijn verplicht. Alleen CPR-geclassificeerde kabels mogen worden verhandeld.

 

Lees hier meer met betrekking tot de NEN 8012 en Europese CPR